Voor Nederlanders is drop een geliefde klassieker: zoet, zout, hard, zacht – we kunnen er geen genoeg van krijgen. Maar zodra je een zakje meeneemt op reis naar Japan en het daar uitdeelt, zie je al snel verbaasde, afkeurende of zelfs geschokte reacties. Wat is het toch met drop in Japan? Waarom zijn Japanners er géén fan van?

1. De smaakshock: salmiak en zoethout zijn geen bekende smaken

Een van de grootste struikelblokken voor Japanners is de uitgesproken smaak van drop. De ingrediënten die wij als vertrouwd en nostalgisch beschouwen – zoals salmiak (ammoniumchloride) en zoethout – zijn voor veel Japanners volkomen onbekend. Sterker nog, ze worden vaak geassocieerd met medicatie. Zoethout wordt in Azië soms wel gebruikt in traditionele Chinese geneesmiddelen, maar niet als iets wat je voor je plezier eet.

2. De textuur: te taai, te plakkerig

Naast de smaak speelt ook de textuur een rol. Japanse snoepjes zijn vaak licht, knapperig of juist zacht en smeltend, zoals mochi of gummies met een sappige binnenkant. Drop, vooral de harde of dubbelzoute variant, voelt voor hen taai, plakkerig en zelfs ‘raar’ in de mond. Het kauwen op een stevige drop wordt vaak als onaangenaam ervaren.

3. Culturele voorkeur: subtiele smaken boven uitgesproken intens

Japanners waarderen over het algemeen subtiele, uitgebalanceerde smaken. Denk aan umami, lichtzoet of zachtzurig. Drop daarentegen is extreem uitgesproken: bitterzoet, zout en intens. Voor een cultuur waarin harmonie in smaak hoog in het vaandel staat, komt drop al snel over als een agressieve smaakbom.

4. Visuele misleiding: zwart is geen snoepkleur

In Japan zijn snoepjes vaak kleurrijk, met aantrekkelijke, speelse verpakkingen. Een zwart, glanzend snoepje roept eerder argwaan op dan eetlust. Het visuele aspect speelt een grote rol in de eetervaring, en drop slaagt daar simpelweg niet in – het oogt eerder medicinaal dan lekker.

5. Eerdere ervaringen met buitenlandse drop: trauma’s van toeristen

Veel Japanners die ooit drop hebben geprobeerd, kregen het van een goedbedoelende toerist of expat. Helaas zijn dat vaak de meest extreme versies, zoals dubbelzoute of laurierdrop. Het eerste contact met drop is dus vaak meteen een schokkende ervaring – en dat blijft hangen. Als iemand vervolgens zegt: “Probeer deze!” dan is het antwoord meestal een beleefd maar resoluut “nee, dank je.”


Wat vinden Japanners wel lekker?

Als je een Japanner wil trakteren, kun je beter kiezen voor iets dat dichter bij hun smaakvoorkeur ligt. Denk aan fruitige gummies, groene-thee-snoepjes, of ‘ramune’ snoepjes die bruisen op je tong. Zelfs chocola met matcha of sake erin scoort beter dan een stuk drop.


Conclusie: een kwestie van cultuur en smaak

Drop is typisch Nederlands, en daar mogen we trots op zijn. Maar smaken verschillen, en in Japan is drop simpelweg té anders, té uitgesproken en té onbekend. Dat maakt het niet slecht – alleen niet voor iedereen weggelegd. En zeg nou zelf: stiekem vinden wij Japanse natto ook een uitdaging, toch?


Wil je drop als souvenir meenemen naar Japan? Kies dan voor een milde, zoete variant en geef er meteen een uitleg bij. Wie weet win je toch een dropfan voor je missie.